Systeemgericht werken

In de zorg werk je nooit alleen met een individu, maar altijd met het geheel waar iemand deel van uitmaakt: familie, relaties en de bredere sociale context. Systeemgericht werken helpt je om gedrag en klachten niet los te zien, maar te begrijpen als onderdeel van interacties binnen dat systeem. Zo leer je verder kijken dan het individu en ontdek je welke patronen, dynamieken en relaties een rol spelen in de ontwikkeling en het herstel van mensen.

De training Systeemgericht werken bestaat uit zes bijeenkomsten. Je maakt kennis met belangrijke systeemtheorieën, traumabenaderingen en lichaams- en ervaringsgerichte invalshoeken. Theorie wordt steeds verbonden met de praktijk, zodat je direct kunt oefenen en ervaren wat systeemgericht werken in jouw werk kan betekenen.

De training bestaat uit 6 bijeenkomsten van 7uur verspreid over een periode van 10 maanden. Hierin komen de volgende thema’s aan bod:

• Kennismaken met systeemtheoretisch denken en het leven in meerdere betrekkingen;
• Het ABC van de systeemtheorie en werken met de Voice Dialogue-methode;
• Werken met genogrammen en familieopstellingen volgens de contextuele theorie van Nagy;
• De taal van het lichaam, emoties en de levenskrachten agressie, humor en seksualiteit;
• Systemen bekijken vanuit posities en gedragspatronen;
• Sociale constructies en narratieve theorieën.

De training is ervaringsgericht: leren door doen. Je oefent met technieken, reflecteert samen met anderen en ervaart hoe systeemgericht werken je blik verruimt en je handelingsmogelijkheden vergroot.

Resultaat

• Gedrag zien als een vorm van communicatie en herkennen dat zij als hulpverlener onderdeel zijn van deze interactie;
• Individuen altijd plaatsen in het familiesysteem en begrijpen dat klachten of stagnaties in de ontwikkeling vaak een gevolg zijn van een ontregeling in de sociale context;
• Een genogram afnemen en de problematiek door de generaties heen expliciteren;
• De techniek van meervoudige partijdigheid toepassen en problemen bekijken vanuit verschillende werkelijkheidsopvattingen;
• Problemen formuleren en herformuleren binnen de sociale context en onderscheid maken tussen de oorspronkelijke en de verworden context;
• Kennis toepassen van lineaire en circulaire processen;
• Herhalingspatronen onderkennen in een sociaal systeem en leren deze te doorbreken;
• Onderscheid maken tussen veranderingen van de eerste orde en de tweede orde;
• Sociale constructen en dominante opvattingen binnen systemen expliciteren en deconstrueren;
• De techniek van externaliseren en personificeren van klachten kennen en toepassen in de praktijk.